Voor brandstof in de normale reservoirs van bedrijfsvoertuigen 1 en containers voor speciale doeleinden kunnen de lidstaten de vrijstelling beperken:
a) wanneer het voertuig afkomstig is uit een derde land of een derdelandsgebied, tot 200 l per voertuig en per reis;
b) tot 200 l per container voor speciale doeleinden en per reis.